Friday, February 15, 2008
Ooit de Vasaloppet?
Vandaag voel ik het eindelijk niet meer, die stijfmakende spierpijn in mijn liezen. Hoe het kwam? Vorige week was ik op wintersport in Scuol. Dat ligt in het Unterengadin in Zwitserland. We logeerden in Val Sinestra, een oud-kuurhuis dat diep in een zijdal tussen de bomen staat. Het wordt nu gerund door Nederlanders als vakantiegasthuis. Als je er logeert hoef je je nergens meer druk over te maken. Je wordt vervoerd naar en van de pistes, eten is geregeld, ski's kun je aan huis huren. Je moet alleen zorgen dat je wat te doen hebt, want op deze manier blijft natuurlijk tijd over en 'even naar het dorp' is er niet bij. De hele week heb ik heerlijk geskied op en om de pistes van Scuol, met uitzicht op helderwitte toppen, waarachter Italiƫ schuilgaat. De laatste dag wilde ik toch een keer wat anders doen en besloot me aan het langlaufen te wagen. Geen probleem, skietjes huren en gaan. Je moet wel kiezen: wil je de klassieke stijl beoefenen of 'skating'. Skating gaat harder, en als ex-schaatser zou dat niet al te moeilijk moeten zijn. Maar ik schatte dat de klassieke stijl meer op hardlopen lijkt, dus dat leek me een beter training voor iemand met ambitites in die sport. Bovendien, gloeit sinds afgelopen zomer een klein vuurtje in mij om ooit nog eens deel te nemen aan de Vasaloppet, en die vereist de klassieke stijl. De Vasaloppet is de Elfstedentocht van het langlaufen. 90 km door de bossen in Midden-Zweden, bij Mora. Een mega-event. Elk jaar doen vele duizenden mensen mee, strijdend om voor sluitingstijd de finish te halen. De tijdslimiet is net zo meedogenloos als die in de Friese Elfsteden. Afgelopen zomer was ik met Merijn in de buurt en hebben we het Vasaloppetmuseum bezocht, vlak naast de finishlocatie. Buiten geen sneeuwpiste, maar door regendruppels geteisterd asfalt. Een bekertje bosbessoep en de zwart-witbeelden van oude helden in actie hebben blijvende indruk gemaakt. Ik moest ook een keer. En vorige week ging ik dus oefenen. De eerste meters waren wat onzeker, maar zolang die dunne ski's in de geulen van de loipe gleden ging het goed. Op een foto had ik gezien hoe een mooie slag eruit moest zien, kijk maar:
Ziet er niet al te moeilijk uit, toch? Dus met overgave boog ik iets voorover, zwaaide met m'n armen de lange stokken naar voren en naar achteren, ondertussen op een been glijdend en de ander naar achter strekkend, zo dat de achterste ski iets los komt van de sneeuw. Piece of cake. 21 km lang hebben m'n vader en ik voortgeworsteld door het ijskoude dal. Geworsteld ja, want al snel had ik het gevoel een hoop arbeid te verrichten zonder dat dat een bevredigend vaartje opleverde. De afzet naar achter leek een trap in het luchtledige, het glijden leek op fietsen met een aanlopend wiel. Als het omhoog ging was het niet anders dan lopen, maar dan met van die lange latten aan je voeten. Ondertussen gleden de 'skaters' een voor een soepeltjes voorbij. Warm kreeg ik het er wel van, en dus die spierpijn, in de liezen, evenals een groeiend ontzag voor de 90 km klassieker in Zweden en de mensen die hem hadden volbracht. De Vasaloppet is dus nog aantrekkelijker geworden. 2 maart 2008 wordt ie dit jaar 'gelaufen', nu nog zonder mij. De terugweg, stroomopwaarts langs de Inn, beoordeelden we als 'niet in het schema passend' en stapten met de ski's in de hand de bus naar Scuol in.
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
Doen, het is fantastisch!
ReplyDelete