Sunday, June 11, 2006
Van ADSE naar IMSA
Sustainable development & systems engineering.
Vrijdag (9 juni) nam ik afscheid van mijn collegae bij ADSE, mijn eerste werkgever. Vanaf 26 juni ga ik bij IMSA in Amsterdam werken. Ik wil verder in duurzame ontwikkeling, duurzame energie in het bijzonder, dat heb ik altijd gezegd, vandaar deze stap. Is dat een stap naar een specialisme?
ADSE is een bedrijf dat bouwt op de ‘Systems Engineering’ methode, een verzameling ‘best practices’ die ontstaan zijn in de 20e eeuw om complexe systemen succesvol te realiseren. Succesvol betekent in dit geval dat het systeem de behoeften van de belanghebbenden t.a.v. het systeem bevredigt. Aan het begin van een ontwikkeltraject worden deze behoeften (zacht en kwalitatief) in kaart gebracht, die vervolgens worden vertaald in eisen (hard en meetbaar). Naarmate het ontwikkeltraject vordert en het detailniveau toeneemt, worden ook de eisen steeds verder uitgesplitst. In het proces wordt bij elke detailleringsstap geverifieerd of het ontwerp aan de eisen voldoet. Uiteindelijk wordt na samenbouw getoetst of het resultaat de behoeften bevredigt.
Bij IMSA draait het om ‘Duurzaamheid’. Duurzaamheid is een vage term (sommigen zeggen ‘de meest misbruikte term’), maar een breed geaccepteerde definitie van duurzame ontwikkeling is die van het Brundtland rapport uit 1987, die het ongeveer als volgt benoemt: de mogelijkheid in onze behoeften te voorzien, zonder dat dat ten koste gaat van de mogelijkheid van toekomstige generaties om in hun behoeften te voorzien.
Dat ik kies me te wijden aan duurzame ontwikkeling kan je niet zien als specialisatie. Het thema beslaat alle sectoren. Bijvoorbeeld, zonne-energie lijkt in niets op een micro-WKK-systeem. Nee, duurzaamheid kan je zien als een nieuwe behoefte die de laatste jaren de kop opsteekt, die is gedefinieerd als hierboven, waardoor bestaande systemen niet meer ‘succesvol’ zijn. Het is zaak deze behoefte te vertalen in een set top-level eisen (zoals verbruik van grondstoffen, impact op de leefomgeving, impact op natuurlijk en sociaal kapitaal). Dat zijn eisen die verder kunnen worden uitgesplitst naar alle sectoren en systemen. Uiteindelijk zal iedereen in elke ontwerpspecificatie een hoofdstuk voor duurzaamheidseisen moeten opnemen, standaard. De eisen in dat hoofdstuk zijn elke keer weer anders. Duurzame ontwikkeling zal geen specialisme zijn, maar de behoefte is er één en moet erkend worden, en de vragen die de eisen op tafel brengen zijn vaak gelijk en moeten gesteld worden. De nieuwe vragen vragen om oefening. Tot duurzaamheidsdenken een kritische massa heeft bereikt, is het belangrijk dat er bureau’s zijn met duurzaamheid als kernactiviteit, waar wordt gewerkt aan uitdraging en aan succesvoorbeelden, aan het op weg helpen, aan het wegnemen van het eigen bestaansrecht. Of dat ooit gebeurt, vraag ik me af, want de definitie van duurzame ontwikkeling laat in het midden wat de behoeften van huidige en toekomstige generaties zijn en is dus altijd onderwerp van discussie. Het vraagt wel om nieuwe solidariteit, niet in plaats maar in tijd. Zoals nu een heel systeem van wetgevers, uitvoerders en rechterlijke macht nodig is om via belastingen de middelen te herverdelen in de plaats, zou er op dezelfde manier een heel systeem komen voor het herverdelen van middelen in de tijd?
...en zo begon ik ook aan dit stukje met een stelling, maar komen de vragen gaandeweg het schrijven de waarde ervan verminderen en dijt het stukje uit.
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment